door Kors van Schooten | aug 1, 2024 | TrafficTalk
De maximumsnelheid op de Nederlandse autosnelwegen wisselt enorm. Op een reis van 100 km verandert de maximumsnelheid regelmatig.
Het moeten letten op deze borden vraagt enorm veel aandacht van de automobilist.
Maar heeft een verhoging eigenlijk wel nut?
Het is niet de taak van TripleCheck, noch van het CBR of het IBKI, de kandidaat naar een specifieke autorijschool te verwijzen.
Het is wel de taak de kandidaat te voorzien van informatie, feiten, cijfers, tips en adviezen ter ondersteuning bij het maken van de juiste keuze. Immers, het kiezen van een goede en betrouwbare autorijschool heeft positieve gevolgen voor zowel de kandidaat als het CBR.
In één keer slagen voor zowel het theorie- als het praktijkexamen bespaart kosten, vermijdt onnodige stress, verhoogt de zelfverzekerdheid en beperkt tegelijkertijd het aantal (overbodige) aanvragen voor herexamens en daarmee de wachttijden.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
De website van TripleCheck gebruikt in de teksten verschillende kleine gekleurde iconen, die extra belangrijke informatie geven over wat je aan het lezen bent.
Deze iconen kunnen op twee manieren reageren:
Een tooltip reageert al wanneer je met de muis over het icoon beweegt.
Er verschijnt een venstertje dat naast de muis zweeft. Er staan maar een paar woorden in om je iets duidelijk te maken.
Een tooltip verdwijnt vanzelf als je de muis van het icoon haalt.
Een popup reageert alleen wanneer je op het icoon klikt.
Er verschijnt een popup-venster. Hoe groot de popup is, hangt af van hoeveel informatie erin staat. Staat er erg veel informatie in een popup, dan kun je ook scrollen.
Een kleinere popup verdwijnt als je naast het popup-venster klikt, bij de schermvullende popups klik je op het kruisje rechts bovenin de popup. Je kunt ook de 'esc'-toets gebruiken.
Voor weinig informatie gebruiken we tooltips. Als er veel informatie moet worden gegeven, zal er een popup worden gebruikt.
Wat kunnen tooltips en popups je vertellen? Ze geven:
Dit venster is een popup.
Sluit deze popup met het kruisje rechts bovenin of druk op 'esc'.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Dit is een voorbeeld van een tooltip die korte extra informatie geeft.
Dit is een voorbeeld van een disclaimer die korte belangrijke informatie geeft.
Dit is een voorbeeld van een popup welke TripleCheck kan gebruiken om belangrijke aanvullende informatie te verschaffen, welke we liever niet in de pagina zelf willen toevoegen.
De tekst die hier staat kan variëren en heeft betrekking op het onderwerp waar het icoon bij is geplaatst.
Klik op het kruisje rechtsboven van deze popup of naast dit scherm om het te sluiten.
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR of het IBKI.
Hieronder staan de vragen welke op de Gezondheidsverklaring voorkomen.
In het algemeen gaan de vragen over:
Onderaan deze popup staat een download van een print-vriendelijke versie van deze vragen in pdf-vorm.
1) Kunt u uw arm, hand of vingers door een beperking slecht gebruiken?
Vul JA in als:
2) Kunt u uw been of voet door een beperking slecht gebruiken?
Vul JA in als:
3) Kunt u met één of beide ogen beperkt zien, zelfs als u een bril of lenzen* gebruikt?
*) Met lenzen zijn ook nachtlenzen bedoeld.
3a) Rijdt u of wilt u gaan rijden met een bioptische telescoop (BTS) via VISIO?
4) Wordt of werd u behandeld door een oogarts voor iets anders dan een bril of lenzen?
4a) Staat u nu nog steeds onder controle van een oogarts?
5) Heeft u diabetes mellitus?
5a) Gebruikt u op dit moment medicijnen voor de diabetes?
5a1) Heeft u de diabetes al langer dan 10 jaar?
6) Heeft u chronische schade aan uw nieren (een verminderde nierfunctie)?
6a) Is uw nierfunctie minder dan 20%?
7) Heeft u een aandoening van uw longen (COPD), een hoge bloeddruk of een bloedziekte? Of heeft u een orgaantransplantatie gehad?
8) Heeft u een ziekte van uw hart of van uw bloedvaten?
U vult bijvoorbeeld JA in
8a) Heeft u een ICD?
8b) Heeft u een steunhart?
9) Heeft een arts bij u een aandoening vastgesteld van uw ruggenmerg, zenuwstelsel of hersenen (bijvoorbeeld een beroerte of spierziekte)?
Het gaat om bijvoorbeeld:
Maar u vult ook JA in als een arts een ziekte van uw hersenen of zenuwstelsel heeft vastgesteld die niet in dit rijtje staat. In de vervolgvragen kunt aangeven wat er precies aan de hand is.
9a) Heeft een arts bij u een vorm van dementie of MCI vastgesteld?
9b) Heeft u een beroerte, een herseninfarct of hersenbloeding gehad?
9b 1) Is dit in de afgelopen zes maanden gebeurd?
9b 1.1) Bent u aan de bloedvaten van uw hersenen geopereerd?
9b 1.2) Heeft u nog steeds klachten van uw beroerte of herseninfarct?
9c) Is er bij u een misvorming van een hersenbloedvat ontdekt, zonder dat u eerst een bloeding had?
9d) Heeft u een ziekte van uw zenuwstelsel?
9e) Heeft u een spierziekte?
Kijk op www.spierziekten.nl voor meer informatie over spierziekten.
9f) Heeft u een hersentumor? Of heeft u er een gehad?
9g) Heeft u een aandoening van uw hersenen of zenuwstelsel die nog niet genoemd is?
10) Heeft u weleens een epileptische aanval gehad?
10a) Heeft u de laatste epileptische aanval in de afgelopen vijf jaar gehad?
11) Heeft u weleens overdag last gehad van abnormale slaperigheid?
11a) Heeft een arts slaapapneu (OSAS) bij u vastgesteld?
11b) Heeft een arts narcolepsie of hypersomnolentie bij u vastgesteld?
12) Bent u in de afgelopen drie jaar meerdere keren plotseling uw bewustzijn verloren (bijvoorbeeld flauwgevallen)
13) Heeft u als gevolg van de ziekte van Menière in het afgelopen jaar aanvallen van duizeligheid gehad?
14) Heeft u ADHD of ADD?
15) Heeft een arts bij u autisme of een vorm daarvan vastgesteld, zoals PDD-NOS, McDD of Asperger?
16) Heeft een arts bij u een andere psychische of psychiatrische diagnose gesteld?
16a) Heeft een arts bij u een depressie of een bipolaire stoornis vastgesteld?
16 a1) Is de diagnose in de afgelopen vijf jaar gesteld?
16 a1.1) Bent u in het afgelopen jaar behandeld door een psychiater?
16b) Heeft u weleens een psychose gehad of heeft u schizofrenie?
16 b1) Heeft u tot nu toe maar één keer een psychose gehad?
16 b1.1) Heeft u die éénmalige psychose in de afgelopen 10 jaar gehad?
16c) Heeft u een angststoornis?
16d) Heeft u een andere psychische of psychiatrische aandoening die in de vorige vragen niet genoemd is?
17) Heeft u de afgelopen vijf jaar overmatig gebruik (misbruik) gemaakt van alcohol, drugs of andere verslavende middelen?
Vul JA in als:
18) Gebruikt u medicijnen die de rijvaardigheid negatief beïnvloeden?
Vaak staat er een waarschuwing op de verpakking, maar niet altijd. Het staat wel altijd in de bijsluiter.
Twijfelt u?
19) Heeft u verder nog klachten of aandoeningen die u kunnen beperken bij het besturen van een voertuig?
U kunt hier een print-vriendelijke versie in pdf-vorm downloaden
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Voorkom onnodige extra kosten en pas op voor websites die een 'pre-check' of 'hulp' aanbieden bij het invullen van de gezondheidsverklaring.
Het voegt niets toe, u krijgt er weinig voor terug en u moet vervolgens alsnog tegen betaling bij het CBR de officiële Gezondheidsverklaring invullen.
Klik hier voor het veilig invullen van de Gezondheidsverklaring op de website van het CBR.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Wat is de 'Dutch Reach'?
Als je op de juiste manier hebt leren uitstappen, dan is jou aangeleerd om eerst via alle spiegels het verkeer om je heen te bekijken en het van achter naderende verkeer goed te observeren, zoals inschatten op afstand, snelheid en plaats pp de weg. Vervolgens gebruik je beide handen bij openen van het portier. Uiteraard let je ook op het tegemoetkomende verkeer.
Bij de 'Dutch Reach' is het de hand die het dichtst bij het portier zit de hand die de deur (stevig) vasthoudt, zodat je volledige controle hebt over de deur wanneer het flink waait en de deur niet te ver kan openzwaaien. De andere hand, die het verst van de deur verwijderd is, is de hand die de deurknop bedient bij het openen.
Op deze wijze forceer je een draai van je lichaam, waardoor je gemakkelijker over de schouder* kunt kijken. Je hebt hiermee volledige controle over de deur en tegelijkertijd goed zicht op het verkeer van achter en naast de auto.
*) Over de schouder kijken is niet achterom kijken. Daar heb je de buitenspiegel voor.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Een rijschool kan een examen (of Tussentijdse Toets) alleen aanvragen wanneer de kandidaat de rijschool daartoe heeft gemachtigd en wanneer hij/zij de Gezondheidsverklaring heeft ingevuld en deze is geaccepteerd.
Bij het machtigen van een rijschool krijgt een kandidaat een Relatienummer toegewezen. Dit Relatienummer wordt aan de gemachtigde rijschool getoond als Kandidaatnummer.
Iedere bij het CBR ingeschreven rijschool heeft bij inschrijving een Rijschoolnummer toegewezen gekregen. Alle aanvragen die een rijschool doet worden gekoppeld aan dit Rijschoolnummer.
Alleen ingeschreven rijscholen hebben toegang tot het online examen-reserveringssysteem van het CBR, dat ‘TOP-internet‘ wordt genoemd.
In dit systeem stelt het CBR voor een bepaalde periode een aantal examenblokken beschikbaar voor de verschillende examenlocaties en examencategorieën (A, AM, B, etc.) welke weer zijn onderverdeeld in toetsen, eerste examens en herexamens.
Hiermee kan een autorijschool een bepaalde tijd in de toekomst vooruitkijken en examenblokken reserveren voor kandidaten, waarvan kan en mag worden verwacht dat zij op dat moment rijvaardig genoeg zullen zijn voor een voldoende examenuitslag.
TOP-internet is toegankelijk van maandag tot en met zaterdag van 6 uur ’s morgens tot middernacht. Op zondag is dat van 13.00 tot 24.00 uur.
’s Nachts is het reserveringssysteem gesloten voor onderhoud.
Bij kleinere rijscholen maakt de rijopleider gewoonlijk zelf de reserveringen en kan daarbij desgewenst rekening houden met de wensen van de kandidaat.
Bij grotere rijscholen kan het voorkomen dat niet de rijopleider zelf, maar een andere medewerker de reserveringen doet, waarbij minder rekening zou kunnen worden gehouden met de wensen van de kandidaat.
Dagelijks worden nieuwe examenblokken beschikbaar gesteld in TOP-Internet.
Deze examenblokken zijn direct zichtbaar wanneer het systeem 's morgens open gaat. Toevoegen van nieuwe examenblokken kan daarnaast ook door de dag heen plaatsvinden.
De 'mooiste examenblokken', zoals afrijden buiten de spits en bij daglicht, zijn voor de vroege vogels: de opleiders die vaak kunnen inloggen (of dat door een ander kunnen laten doen) op TOP-internet en er altijd als eerste bij zijn.
Zij hebben de eerste keuze in het aanbod van examenblokken.
Wie te laat inlogt, zal het moeten doen met de kruimels die overblijven. Met wat geluk zijn er dan juist nog nieuwe examenblokken toegevoegd.
De autorijschool selecteert de examenkandidaat aan de hand van zijn kandidaatsnummer en/of naam en maakt de keuze voor de dag en tijd uit de op dat moment beschikbare examenblokken die vallen onder de gewenste examencategorie.
Betreft de aanvraag een herexamen, dan wordt de kandidaat pas in het systeem getoond nadat zijn uitslag van het voorgaande examen in het systeem is verwerkt.
Bij herexamens (B-H) is de wachttijd korter dan voor een eerste rijexamen, maar kan de wachttijd voor het beschikbaar stellen van examenblokken oplopen naarmate de kandidaat meer herexamens nodig heeft. Tussen de eerste keer afrijden (het eerste praktijkexamen) en de tweede keer afrijden (het eerste herexamen) kan een kortere wachttijd worden gehanteerd dan tussen de tweede keer afrijden (het eerste herexamen) en de derde keer afrijden (het tweede herexamen).
Dit middel wordt toegepast om de kandidaat te stimuleren zijn of haar rijvaardigheid naar een hoger niveau te brengen. Eerder slagen verlaagt de vraag naar herexamens en daarmee ook de wachttijden.
Voor uitgestelde examens, door bijvoorbeeld extreme weersomstandigheden stelt het CBR speciale examenblokken beschikbaar. Deze examenblokken kunnen soms buiten de reguliere werktijden worden geplaatst, waarbij de examinator (indien hij/zij zich daarvoor beschikbaar stelt) het examen in overuren afneemt, zoals:
NB. Het CBR houdt altijd enkele examinatoren in reserve, om collega's bij uitval (door bijvoorbeeld ziekte) te kunnen vervangen, zodat examens altijd kunnen doorgaan.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
De website van TripleCheck gebruikt in de teksten regelmatig het begrip 'slagingspercentage'.
Wie op zoek is naar een goede autorijschool zal de kans op slagen voor het eerste praktijkexamen belangrijk vinden. Dat maakt het bekijken en beoordelen van slagingspercentages één van de belangrijkste stappen in de zoektocht naar een goede autorijschool.
Het slagingspercentage verwijst naar het aantal praktijkexamens dat met een voldoende resultaat is afgelegd, ten aanzien van het totale aantal praktijkexamens dat (in een bepaalde periode) is afgelegd. Het aantal voldoende examens wordt hierbij in procenten (%) weergegeven.
Het slagingspercentage wordt gebruikt als graadmeter voor de kwaliteit van een autorijschool. Hoe hoger het slagingspercentage van een autorijschool, hoe groter de kans op een succesvol rijexamen.
Het aantal geslaagden voor de rijexamens kan voor diegenen die op zoek zijn naar een goede rijschool een beslissende factor zijn bij het maken van hun keuze.
Het slagingspercentage kan berekend worden over de eerste praktijkexamens, over de herexamens en over beide examens gecombineerd.
Een slagingspercentage kan worden getoond per rijbewijscategorie (zoals auto of motor), als landelijk gemiddelde, als gemiddelde van een examenplaats en afzonderlijk per autorijschool.
Wanneer je kijkt naar het slagingspercentage afzonderlijk per autorijschool, dan is het percentage voor de eerste praktijkexamens belangrijker dan het slagingspercentage voor de herexamens.
Immers, een eerste examen wordt maar éénmaal afgelegd, terwijl door de meeste kandidaten één of meerdere malen een herexamen wordt afgelegd.
Voor diegenen die op zoek zijn naar een goede autorijschool, met een grote kans op een succesvol eerste praktijkexamen, is daarom het slagingspercentage voor het eerste praktijkexamen van belang.
Het slagingspercentage van een autorijschool is een rapportcijfer, vergelijkbaar met een eindcijfer op de cijferlijst in het examenjaar van een middelbare school. Dat eindcijfer wil iedere examenkandidaat bij zijn schoolexamens zo hoog mogelijk zien, immers, iedereen wil slagen voor zijn eindexamen.
Een slagingspercentage van 52% voor de eerste praktijkexamens kan worden vergeleken met een 5,2 op die eindlijst. Afgerond levert dat een 5 op, dus een onvoldoende, die, zoals vaak op school wel kan, nu niet kan worden gecompenseerd met een ander, hoger cijfer.
Een cijfer (slagingspercentage) voor een herexamen is uiteraard minder belangrijk als je van plan bent om in één keer te slagen.
Een slagingspercentage van 73% zal veel meer kans bieden op een succesvol eerste praktijkexamen, dus op het rijbewijs én op minder kosten om dat rijbewijs te behalen.
Een paar euro per les meer, is heel snel terugverdiend wanneer de kans van slagen 75% is. Een paar euro per les minder betalen met een kans op slagen van 30%, geeft tegelijkertijd een kans van 70% op een herexamen, met naast de extra examenkosten ook een aantal extra rijlessen om het niveau te verbeteren, extra vrijaf nemen voor een examen, dus extra kosten. Daarbij komt ook nog eens de extra stress.
In de Rijschoolzoeker vul je eerst een plaatsnaam in. Dat kan de naam van jouw eigen woonplaats zijn, maar ook de plaats van een dichtbij gelegen examenplaats.
Kies je voor jouw eigen woonplaats, dan worden uiteraard de rijscholen in jouw directe omgeving getoond. Houd er daarbij wel rekening mee dat de radius standaard op 10 km rondom de opgegeven plaatsnaam staat ingesteld. Je ziet dus meer rijscholen, maar je kunt bij de filters de radius naar wens aanpassen.
Kies je voor een examenplaats, dan zie je alle rijscholen die in die plaats examens laten afnemen, dus ook de rijscholen uit en rondom jouw woonplaats.
De getoonde percentages per autorijschool zijn de percentages over de gecombineerde examens, dus de alle eerste praktijkexamens én alle herexamens samen. Daar heb je vrij weinig aan, want je wilt meer details weten.
Indien een autorijschool examens laat afnemen in meerdere examenplaatsen, zal het resultaat het gemiddelde tonen van alle examens die in alle examenplaatsen bij elkaar opgeteld zijn afgenomen.
Doorklikken
Wanneer de naam van een autorijschool wordt aangeklikt, verschijnt er veel meer informatie, met gedetailleerde cijfers over de eerste praktijkexamens en de herexamens.
Tevens worden dan per examenplaats de resultaten getoond van alle examenplaatsen waar die autorijschool examens laat afnemen.
Ook wordt, ter vergelijking, het gemiddelde percentage van de gehele examenplaats aangegeven.
Om een redelijke indruk te krijgen van de kwaliteit per autorijschool is het verstandig om daarbij een minimum aantal examens te hanteren, bijvoorbeeld ten minste 20 eerste praktijkexamens per jaar.
Een rijschool die maar 2 praktijkexamens over de afgelopen 4 kwartalen heeft laten afnemen is moeilijk te beoordelen, immers, er is niet bekend waarom er zo weinig examens zijn afgenomen. Tenzij in een andere examenplaats wel een groter aantal examens is afgenomen. Kijk dan naar de plaats waar het grootste aantal examens bij staat vermeld.
Het lage aantal examens kan ook zijn veroorzaakt dat de rijschool pas is opgericht of dat deze zich bezighoudt met opleidingen in meerdere rijbewijscategorieën, zoals aanhangwagen (BE) en motor (A), waar meer tijd in wordt gestoken of meer vraag naar is.
Dus hoe hoger het aantal examens over de getoonde periode zijn afgenomen, hoe nauwkeuriger en betrouwbaarder de beoordeling zal zijn.
Een rijopleider die full-time alleen werkt in zijn eigen autorijschool zal gewoonlijk aan een minimum van 20 tot 30 eerste examens per jaar komen. Autorijscholen waar meerdere opleiders actief zijn, kunnen enkele honderden examens per jaar laten afnemen in één of meerdere examenplaatsen.
Een langere lesduur die een rijschool hanteert -bijvoorbeeld doordat de rijschool op flinke afstand van de examenplaats ie gevestigd-, of het feit dat een opleider part-time de rijschool voert, kan er voor zorgen dat er minder examenkandidaten zijn.
Goed onderzoek is dus van belang.
De Rijschoolzoeker heeft ook een optie om de resultaten te filteren. Bijvoorbeeld op autorijscholen die lessen aanbieden in een automaat, in een aangepaste auto voor mensen met een beperking, of autorijscholen die, naast de praktijklessen, ook theorielessen aanbieden.
Voorts kan een minimum slagingspercentage, het (minimum of maximum) aantal examens worden ingesteld en de zoekafstand rondom de gekozen plaats (standaard 10 km).
In de Rijschoolzoeker kan ook worden gezocht op naam van de autorijschool. Deze optie wordt alleen getoond in het startscherm van de Rijschoolzoeker.
Jaarlijks worden ongeveer 3000 praktijkexamens afgebroken wegens verkeersgevaarlijk rijgedrag, waarbij het voor de examenkandidaat zelf, de examinator, de meerijdend rijopleider en het overige wegverkeer te gevaarlijk is om het examen te laten doorgaan.
Het betreft daarbij praktijkexamens waarbij veelal meerdere ingrepen nodig zijn, soms zelfs nog vóórdat de examenauto het parkeerterrein van het CBR heeft verlaten.
In 2022 betrof dit 2.668 praktijkexamens.
Voorkom een afgebroken praktijkexamen, voorkom een herexamen, voorkom onnodige kosten, voorkom onnodig lange wachttijden voor examens.
Kies voor de betere autorijschool.
Onderstaand overzicht toont het aantal rijscholen met bijbehorend slagingspercentage (2021).
Bron: CBR
Uit onderstaand overzicht blijkt dat in 2021 3.334 rijscholen een slagingspercentage scoorde dat lager lag dan 50%.
Dat is iets meer dan de helft van het totale aantal bij het CBR ingeschreven autorijscholen. Dat waren er 6.618 in 2021.
1.499 van de 6.618 rijscholen scoorden lager dan 30%.
964 van de 6.618 rijscholen scoorden hoger dan 70%.
% 1e B
0 - 20%
20 - 30%
30 - 40%
40 - 50%
50 - 60%
60 - 70%
70 - 80%
80 - 100%
Totaal
Aantal rijscholen
804
695
899
936
1.386
934
466
498
6.618
Percentage
12%
10%
14%
14%
21%
14%
7%
8%
100%
Aantal (her)examens
25.161
52.527
76.586
84.615
121.004
55.337
22.601
8.599
446.430
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Hoe staat het met de verschillen in slagingspercentages voor kandidaten de wel of geen Tussentijdse Toets (TTT) hebben afgelegd, of bij jongeren onder de 18, die meededen aan het 2toDrive-project?
Bekijk de cijfers van 2023.
Met en zonder TTT
Een kandidaat die eerst een TTT doet heeft een grotere kans van slagen tijdens het eerste rijexamen!
In 2023 deden 124.709 kandidaten hun eerste rijexamen, zonder dat zij vooraf een TTT hadden gedaan.
Daarvan waren er 58.378 in één keer geslaagd.
Dat komt neer op een slagingspercentage van 46,8%
In datzelfde jaar deden 105.783 kandidaten hun eerste rijexamen, die wél vooraf een TTT hadden gedaan.
Daarvan waren er 61.957 in één keer geslaagd.
Dat komt neer op een slagingspercentage van 58,6%
Het percentage dat mét TTT in één keer slaagt ligt dus zo'n 12% hoger!
2ToDrive
In 2023 waren er 19.647 examenkandidaten van 17 jaar die er bewust voor kozen om op vroegere leeftijd de rijopleiding te doen.
Een deel daarvan volgde een klassieke rijopleiding, anderen volgden de Rijopleiding in Stappen (RIS).
De slagingspercentages bij deze jongeren, die tot hun 18e verjaardag eerst nog begeleid moeten rijden waren:
Eerste rijexamens klassieke rijopleiding: 60,8%
RIS-opleiding: 69,9%
Ook hier ligt het slagingspercentage dus fors hoger, terwijl in 2023 het landelijk gemiddelde over alle examens (1e plus herexamens) 52,2% bedroeg.
De overgrote meerderheid van de examenkandidaten betreft jongeren in de leeftijd tot 24 jaar. Bijna de helft van de jongeren tot 24 jaar beschikt over een autorijbewijs. Eén miljoen van deze jongeren zijn volgens de wet een beginnend bestuurder.
Van jongeren is algemeen bekend dat zij één van de meest kwetsbare groepen zijn in het verkeer, zowel voor als na het behalen van het autorijbewijs. Immers, voordat zij het autorijbewijs behalen maken ze veel gebruik van een fiets, snorfiets of bromfiets en tegenwoordig steeds vaker van een e-bike.
In 2022 kwamen 38 jongeren om als inzittende van een personenauto. Het risico op een dodelijk verkeersongeval ligt voor deze groep 4,5 keer hoger dan voor oudere, meer ervaren bestuurders.
Dit risico is het hoogst in het eerste jaar na het behalen van het rijbewijs.
De ongevallen waarbij deze groep jongeren bij betrokken is zijn veelal: eenzijdige ongevallen (van de weg raken), ongevallen met leeftijdsgenoten als passagier, ongevallen in (weekend)nachten en ongevallen waarin risicogedrag een rol speelt (alcohol, drugs, snelheidsovertredingen, afleiding, mobielgebruik) en vermoeidheid.
De oorzaken van deze ongevallen zijn veelal: moeite met inschatten verkeerssituaties en hier goed op (kunnen) reageren (risicoperceptie), veroorzaakt door een gebrek aan ervaring en vaardigheden. Jongeren nemen te vaak risico's en zijn gevoelig voor (sociale) beloning, zoals reacties van leeftijdgenoten.
Jongeren die in de groep van beginnende bestuurders vallen hebben te maken met het beginnersrijbewijs met strafpunten. Dit is een rijbewijs waarbij gedurende een bepaalde periode strengere regels gelden om het rijbewijs ten aanzien van verkeersovertredingen. Hiertoe behoren onder andere: alcoholgebruik, ongevallen met dodelijke afloop of zwaar lichamelijk lestel veroorzaken, bumperkleven en snelheidsovertredingen.
Een deel van deze groep jongeren vertoont afwijkend verkeersgedrag ten gevolge van hun mentaliteit of een verkeerde opvoeding. Het gevolg daarvan is het bewust opzoeken van grenzen en het nemen van risico's. Daarnaast nemen ze het niet zo nauw met de verkeersregels en beschouwen ze de weg veelal als een openbare speeltuin, waar alles is toegestaan, zonder rekening te (willen) houden met de belangen van andere weggebruikers.
Er zijn veel jongeren die het op de middelbare school niet zo nauw nemen met eindexamens. Het zijn de leerlingen die met zo min mogelijk inzet naar een magere voldoende werken. Examenkandidaten die meer rekenen op tienden om een eindcijfer te kunnen behalen, dat afgerond net aan een voldoende oplevert. Die werken voor een 5,5 als gemeengoed accepteren en die hogere cijfers voor de vakken waarin zij uitblinken willen gebruik ter compensatie van onvoldoendes.
Het zijn de examenkandidaten die zeggen te zijn gezakt op slechts ééntiende, wanneer het eindcijfer een 5,4 was terwijl zij een 5,5 nodig hadden voor een voldoende. De zesjescultuur.
Er zijn ook rijopleiders die dezelfde instelling hanteren en hun taak als opleider uitvoeren volgens diezelfde zesjescultuur. Het zijn de opleiders die het niet zo nauw nemen met de normen die worden gehanteerd bij de interpretatie van de Rijprocedure, het handboek dat zij gebruiken om hun leerlingen op te leiden.
Het is hetzelfde handboek dat het CBR hanteert bij de beoordeling van de examenkandidaat in de uitvoering van de rijtaken. Het grote verschil is hierbij, dat prestaties niet met andere cijfers kunnen worden gecompenseerd. De examinator kijkt naar de aard, de ernst en de frequentie van de gemaakte fouten.
Blinkt de kandidaat op één van deze drie beoordelingspunten uit, dan is het eindresultaat altijd onvoldoende en is de kandidaat dus gezakt voor het praktijkexamen.
Bestuurders afkomstig uit de zesjescultuur, en/of opgeleid door een opleider uit diezelfde cultuur, hebben veelal meerdere pogingen nodig om het rijbewijs te behalen en slagen daarbij vaak nog met het voordeel van de twijfel.
Het zijn veelal ook jongeren uit de groep beginnende bestuurders die onnodig veel fouten maken in het verkeer. Door het gebrek aan kennis en vaardigheden, door gebrek aan ervaring en verkeersinzicht en dat gebeurt meestal onbewust, soms bewust.
Het zijn de fouten die vaak worden opgelost door de oplettendheid en welwillendheid van andere weggebruikers.
Niet alleen voor de veiligheid op de weg, maar ook om te besparen op de kosten van de rijopleiding is het voor kandidaten van belang, tijdens die rijopleiding de lat voor zichzelf hoog te leggen.
In het belang van die examenkandidaat mag hetzelfde worden verlangd van de rijopleider, dat hij de lat voor de kandidaat én voor zichzelf zo hoog mogelijk legt. Immers, iedere kandidaat méér, die in één keer slaagt voor het praktijkexamen, dan het regionale gemiddelde, is een extra 'ster' voor de kwaliteit van de rijopleiding op het visitekaartje van de rijschool.
Jaarlijks worden ongeveer 3000 praktijkexamens afgebroken wegens verkeersgevaarlijk rijgedrag, waarbij het voor de examenkandidaat zelf, de examinator, de meerijdend rijopleider en het overige wegverkeer te gevaarlijk is om het examen te laten doorgaan.
Het betreft daarbij praktijkexamens waarbij veelal meerdere ingrepen nodig zijn, soms zelfs nog vóórdat de examenauto het parkeerterrein van het CBR heeft verlaten.
In 2022 betrof dit 2.668 praktijkexamens.
Voorkom een afgebroken praktijkexamen, voorkom een herexamen, voorkom onnodige kosten, voorkom onnodig lange wachttijden voor examens.
Kies voor de betere autorijschool.
Onderstaand overzicht toont het aantal rijscholen met bijbehorend slagingspercentage (2021).
Bron: CBR
Uit onderstaand overzicht blijkt dat in 2021 3.334 rijscholen een slagingspercentage scoorde dat lager lag dan 50%.
Dat is iets meer dan de helft van het totale aantal bij het CBR ingeschreven autorijscholen. Dat waren er 6.618 in 2021.
1.499 van de 6.618 rijscholen scoorden lager dan 30%. Dat is 23% van alle rijscholen.
964 van de 6.618 rijscholen scoorden hoger dan 70%. Dat is 15% van alle rijscholen.
% 1e B
0 - 20%
20 - 30%
30 - 40%
40 - 50%
50 - 60%
60 - 70%
70 - 80%
80 - 100%
Totaal
Aantal rijscholen
804
695
899
936
1.386
934
466
498
6.618
Aantal (her)examens
25.161
52.527
76.586
84.615
121.004
55.337
22.601
8.599
446.430
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Op de begeleiders staan de namen van de coaches aangegeven waarmee samen mag worden gereden.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Op het resultaatformulier of uitslagformulier staan bij een onvoldoende examen de onderdelen en onderwerpen vermeld welke de oorzaak van het onvoldoende resultaat zijn geweest.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Een ingreep tijdens heet praktijkexamen hoeft niet fataal te zijn. Het hangt er daarbij af waarom er is ingegrepen en wellicht was de ingreep preventief.
Wanneer de examinator het stuur vastpakt om iets te voorkomen waarover jij totaal geen controle kan hebben, dan heeft de 'ingreep' niets te maken met jouw rijvaardigheid.
Houd ondanks de 'ingreep' het hoofd koel en maak de rit netjes af.
Wist je dat er volgens het CBR jaarlijks tot soms wel 3000 praktijkexamens voortijdig worden afgebroken, omdat de aard, ernst of frequentie van de fouten van de kandidaat het te gevaarlijk maken voor de examinator en andere weggebruikers om het examen veilig te kunnen afmaken?
Dit aantal varieert uiteraard per jaar, maar al zouden het er 1000 zijn, dan is dat nog altijd veel te veel.
Het gaat dan bijvoorbeeld om kandidaten die meerdere ingrepen nodig hebben om op de weg te blijven. In sommige gevallen moet een examinator zelfs al ingrijpen nog vóór de auto het parkeerterrein van het CBR heeft verlaten.
In 2022 werden 2.668 praktijkexamens om deze redenen afgebroken, waarvan bij 20 rijscholen één op de 10 van hun kandidaten daarmee te maken kregen. Bij 4 van deze rijscholen gebeurde dit zelfs bij één op de 5 examenkandidaten.
Om de statistieken te kunnen omzeilen zijn er nog steeds autorijscholen, die op allerlei manieren slinkse constructies proberen te bedenken om hun slechte resultaten buiten beeld te houden.
Examenaanvragen kunnen alleen worden gedaan als de kandidaat de rijschool daartoe heeft gemachtigd. De examenkandidaat zou daarom bij het machtigen van de rijschool moeten controleren of de naam op het scherm overeenkomt met de naam die de rijschool gebruikt en die op het lesvoertuig staat.
Een praktijkexamen dat wordt afgebroken wegens verkeersgevaarlijk rijgedrag is een verschijnsel dat we niet zouden moeten willen. Zeker als examenkandidaat moet je niet willen dat het jou overkomt.
Hoe kan het dan tóch gebeuren dat dit verschijnsel zo vaak voorkomt?
Er zijn twee verklaringen denkbaar:
Het eerste geval, waarbij de kandidaat de opleider onder druk zet, is een trieste situatie die met zekere regelmaat voorkomt. De kandidaat beschouwt de gok waarschijnlijk als een noodgreep en hoopt op een voldoende resultaat.
Echter, wanneer een rijopleider zijn examenresultaten hoog op zijn prioriteitenlijst heeft staan, en vooral zijn aanzien niet wil verliezen bij het CBR, zal deze zich niet zomaar zonder slag of stoot gewonnen geven als hij te maken krijgt met een dergelijke cursist. Een zichzelf respecterend opleider zal eerder de cursist verzoeken om een andere rijschool te zoeken, temeer als hij een volle agenda heeft.
Doet hij de aanvraag toch, en misschien wel vaker in zo'n situatie, dan zal dat ten koste gaan van zijn slagingspercentage en zal hij daarmee cursisten mislopen die wél naar de kwaliteit van een autorijschool kijken.
Het tweede geval kan heel eenvoudig worden voorkomen. De cursist hoeft zich bij de keuze voor een rijschool alleen maar vooraf goed te verdiepen in de kwaliteit van de rijschool die hij kiest.
In de Rijschoolzoeker van het CBR worden de slagingspercentages van alle bij het CBR ingeschreven autorijscholen getoond. Ook wordt het rijschoolnummer getoond.
Is een rijschool onvindbaar in de Rijschoolzoeker, dan kan hij onder een andere naam bij het CBR bekend zijn, of misschien niet zijn ingeschreven.
Controleer altijd of de naam die bij het CBR in de Rijschoolzoeker wordt getoond overeenkomt met de naam die op de lesauto staat en controleer bij het machtigen van een rijschool ook of de tenaamstelling overeenkomt en gebruik het juiste rijschoolnummer. Zo weet je zeker dat je de juiste rijschool machtigt en dat je examen doet bij de rijschool waarbij je de rijlessen volgt.
Bij twijfel, of als je het gevoel hebt dat er iets niet klopt, bel je het CBR om meer informatie: 088 227 77 00 op werkdagen tussen 9.00 - 17.00 uur
Controleer altijd of de opleider bevoegd is om rijles te mogen geven. Iedere rijopleider moet beschikken over een geldige bevoegdheidspas. Die pas krijgt hij voor de eerste keer na het voltooien van zijn opleiding. Daarna moet hij gedurende een periode van 5 jaar een aantal dagdelen verplichte bijscholing volgen en een praktijktoets afleggen, waarna de geldigheid van de pas weer voor 5 jaar wordt verlengd.
Je kunt de opleider er persoonlijk naar vragen de pas aan jou te tonen om de verloopdatum te controleren. Als je dat niet wilt, dan kun je bij het IBKI (de organisatie die deze bevoegdheid beheert en toetst) online de geldigheid van de bevoegdheidspas controleren op naam van de houder in de Bevoegdheidschecker.
Je hebt daarbij dus wel de naam nodig van instructeur die jouw rijopleiding gaat verzorgen.
Een slagingspercentage van 85% gemeten over 215 éérste praktijkexamens is een geweldig hoog percentage.
Op school zou je die 8,5 op je eindlijst nog mogen afronden naar een 9 ! Wil zou daar nou geen rijles willen nemen?
Onderstaand overzicht toont het aantal rijscholen met bijbehorend slagingspercentage (2021).
Bron: CBR
Uit onderstaand overzicht blijkt dat in 2021 3.334 rijscholen een slagingspercentage scoorde dat lager lag dan 50%.
Dat is iets meer dan de helft van het totale aantal bij het CBR ingeschreven autorijscholen. Dat waren er 6.618 in 2021.
1.499 van de 6.618 rijscholen scoorden lager dan 30%.
964 van de 6.618 rijscholen scoorden hoger dan 70%.
% 1e B
0 - 20%
20 - 30%
30 - 40%
40 - 50%
50 - 60%
60 - 70%
70 - 80%
80 - 100%
Totaal
Aantal rijscholen
804
695
899
936
1.386
934
466
498
6.618
Percentage
12%
10%
14%
14%
21%
14%
7%
8%
100%
Aantal (her)examens
25.161
52.527
76.586
84.615
121.004
55.337
22.601
8.599
446.430
Bekijk ook de uitgebreide uitleg over slagingspercentages
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Als we alleen maar kijken naar de afhandeling van de theorie- en praktijkexamens en de rest van de taken van het CBR buiten beschouwing laten, dan moeten we om te beginnen éérst vaststellen dat bij het CBR mensen werken en geen robots!
De medewerkers van het CBR -in zowel de interne als externe dienst- voeren hun taken uit, zoals deze zijn opgelegd door de overheid, aan de hand van procedures die voor iedereen toegankelijk en inzichtelijk zijn.
Daarbij zijn het, net als wij, gewone mensen die, alweer net als wij, niet volmaakt zijn. Daar waar gehakt wordt vallen spaanders.
Dus natuurlijk gaat niet alles van een leien dak en blijft er wel eens iets op de plank liggen, net zoals dat in ieder bedrijf gebeurt. En net als in veel andere sectoren, is het vinden van nieuwe medewerkers vaak een uitdaging.
Met deze gedachte in het achterhoofd durven wij, het team van TripleCheck, te stellen dat een ieder die zijn eigen tekortkomingen denkt te kunnen afwentelen op een medewerker van een organisatie die niet meer doet dan de wet naleven en uitvoeren, eerst eens in de spiegel moet kijken en de hand in eigen boezem mag steken met de vraag: "Wat had ik beter kunnen doen?"
Leermiddelen zijn er genoeg en de leerdoelen en exameneisen zijn voor iedereen beschikbaar.
De grootste veroorzaker van slechte examenresultaten is nog altijd de afnemer van de dienst.
Het CBR doet al het mogelijke om toekomstige examenkandidaten te helpen bij hun zoektocht naar de betere autorijschool.
Dat de meerderheid van de toekomstige examenkandidaten daar weinig tot geen gebruik van maakt en alleen maar gevoelig lijkt te zijn voor kortingen op lespakketten, het leren van examentrucjes en ezelsbruggetjes en het 'leren' door het maken van oefenvragen in plaats van het zich eigen maken van kennis. Ook het feit dat er nog steeds velen zijn die iedere rijles weer oefenen op examenroutes, om te leren rijden op herkenning, in plaats van het leren begrijpen en uitvoeren van rijtaken en het omgaan met verkeerssituaties, bewijzen de slagingspercentages voor de theorie- en praktijkexamens.
Deze bedroevende resultaten, voor zowel de theorie- als de praktijkexamens hebben de meeste examenkandidaten voornamelijk te danken aan hun eigen keuzes.
Het CBR:
En dan nóg zijn er examenkandidaten én opleiders (!) die hun eigen tekortkomingen wijten aan het functioneren van het CBR of aan de gemoedstoestand van een medewerker.
Het leren van de theorie lijkt steeds vaker te gaan over het oefenen op de voorspelbaarheid van examenvragen. Er zwerven online talloze documenten waarin de ezelsbruggetjes worden uitgelegd. De wereld lijkt bol te staan van documenten, video's en dagcursussen waarin cursisten worden voorbereid op examenvragen, in plaats van dat hen de leerstof wordt aangeboden. Theorie leren in één dag in een groepscursus, terwijl écht leren het de meesten al gauw zo'n 15 uur of meer kost? Het is niet meer dan stampen van flarden en aansluitend trots zijn op het certificaat, terwijl men de dag erna het meeste alweer is vergeten, "want we hebben het toch niet meer nodig..."
En wanneer men vervolgens tijdens het examen wordt getrakteerd op een vrij simpele vraag (voor diegenen die wel weten hoe te leren), een vraag die niet is behandeld in die dagcursus, dan gaat het onherroepelijk mis. Alleen maar door het gemis aan kennis en inzicht.
Dezelfde kennis en inzicht die de basis moet vormen voor de praktijklessen. De gevolgen laten zich raden.
Het is daarom goed dat het CBR hard aan de weg timmert met nieuwe vragen en dynamische vraagvormen, met het elimineren van voorspelbaarheid en met meer vragen die inzicht toetsen. Vragen die je niet kunt beantwoorden met trucjes en ezelsbruggetjes maar waarvoor je moeite moet doen en waarvan we verwachten dat je ze straks in de praktijk (voorál na het behalen van het rijbewijs) snel kunt oproepen uit je geheugen en blindelings kunt toepassen.
Het is misschien niet leuk voor de kandidaten die liever lui dan moe zijn. Het is wel een hele vooruitgang voor de maatschappij die niet in het verkeer zit te wachten op brokkenpiloten.
Het is een feit dat de afgelopen jaren Corona grote invloed heeft gehad op de verwerking van rijexamens. De wachttijden waren ongekend lang, maar je kunt nu eenmaal geen ijzer met handen breken. Je kunt niet verwachten dat een bedrijf als het CBR 24/7 kan doorwerken om achterstanden in te lopen.
Hoe graag je dat als examenkandidaat of opleider ook zou willen. Nieuwe examinatoren aannemen is geen kwestie van vandaag solliciteren en morgen beginnen. Daar gaat een heel proces aan vooraf.
Langere wachttijden voor examens worden vandaag de dag veroorzaakt door verschillende factoren, zoals:
Er zullen uiteraard meer redenen aan deze lijst kunnen worden toegevoegd, echter, de uitdaging is om zoveel mogelijk van deze redenen van de lijst te schrappen.
Wie zich goed voorbereid, een goede rijschool kiest, wie leert om te begrijpen en de moeite neemt zich de kennis en praktische vaardigheden eigen te maken en daarbij de lat voor zichzelf hoog genoeg legt, die heeft helemaal niets te vrezen van het CBR en de examens.
Je uiterste best doen, in teamwork met een serieuze en vakbekwame opleider, zal resulteren in veel meer geslaagde examenkandidaten, gevolgd door kortere wachttijden voor de examens.
Als het landelijke slagingspercentage zou stijgen van 52% naar 75% dan zou waarschijnlijk iedere examenkandidaat binnen twee à drie weken kunnen afrijden.
Er zijn altijd periodes waarin de wachttijd oploopt. De aanloop naar de zomer is zo'n periode, waarin men massaal, klaar of niet klaar, wil afrijden. De reden? Die is eenvoudig: we willen met de auto op vakantie!
Al die kandidaten die eigenlijk nog helemaal niet klaar waren voor het examen, veroorzaken vervolgens een golf van herexamens, waardoor de wachttijden nog méér oplopen, die met wat geluk ergens in oktober weer enigszins normaliseren
De boodschap zal duidelijk zijn. Doe pas examen als je er klaar voor bent en stel het examen desnoods uit tot na de vakantie. Wil je dat niet, zorg dan dat je in een vroeger stadium van de opleiding vaker lessen neemt, voor zover dat mogelijk is.
Zorg dat je rond het moment van reserveren op 90% van het vereiste niveau zit. Je kunt dan na de examenreservering altijd de lesfrequentie verlagen zolang de vaardigheden maar op peil blijven en je klaar bent op de dag van het examen.
Ben je gezakt? Zorg dan dat je er keihard aan werkt om je vaardigheden te verbeteren. Doe je dat niet, dan is de uitslag van het herexamen voorspelbaar.
Het CBR is een gecentraliseerde publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan (zbo), staat naast het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en werkt daar nauwgezet mee samen.
Het CBR mag dan wel een ZBO zijn, maar functioneert in feite als een onderneming. Het heeft een eigen bedrijfsvoering en werkt zonder winstoogmerk, dus werkt alleen kostendekkend.
Het CBR heeft echter ook te maken met investeringen, met kleinere en grotere uitgaven, met vaste lasten, met personeel, gebouwen, informaticasystemen, reserves en alles wat menig andere grote onderneming ook heeft.
Aan die bedrijfsvoering is dus een kostenplaatje verbonden, dat wij, de afnemers van de diensten moeten bekostigen. Wij betalen daarom voor een gezondheidsverklaring, voor een theorie-examen en voor een praktijkexamen, maar we betalen ook voor alles wat daar achter de schermen direct of indirect aan verbonden is. Dus we betalen ook voor de diensten die het CBR levert die geen opbrengsten hebben.
De tarieven die wij moeten betalen voor die diensten zijn heel normale tarieven, die zelfs nog zijn vrijgesteld van BTW.
De tarieven die het CBR rekent voor hun diensten, zoals examens, worden verhoogd met de kosten die de tussenpersoon in rekening brengt. Dat is in de meeste gevallen de rijschool, dus dat zijn de kosten voor het gebruik van de auto, de begeleiding door de opleider en wat er nog meer in rekening wordt gebracht
Wie de kosten voor de examens aan de hoge kant vindt, doet er goed aan ervoor te zorgen dat hij er zo min mogelijk van nodig heeft.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
De GDE-matrix (Goals for Driver Education) is een model dat wordt gebruikt in de rijopleiding om de verschillende niveaus van rijvaardigheid en het bijbehorende leerproces te structureren. De matrix beschrijft als het ware wat een rijbewijsbezitter moet “kennen, kunnen en willen” om veilig zijn weg door het verkeer te kunnen vinden.
De GDE-matrix verdeelt rijvaardigheid in vier hiërarchische niveaus en biedt een systematische benadering om deze vaardigheden en kennis over te brengen aan leerling-bestuurders.
De vier niveaus binnen de GDE-matrix zijn:
Dit niveau richt zich op de basisvaardigheden en technische controle van het voertuig.
Het omvat:
- Het bedienen van het voertuig (sturen, schakelen, remmen, enz.).
- Het ontwikkelen van motorische vaardigheden en coördinatie.
- Basismanoeuvres zoals parkeren, keren, en rijden met lage snelheid.
Relatie met knowledge-based, rule-based en skill-based niveaus:
De GDE-matrix integreert de knowledge-based, rule-based en skill-based niveaus door deze te koppelen aan de hiërarchische structuur van rijvaardigheid:
Door deze niveaus en de GDE-matrix te combineren, kan een rijopleiding een uitgebreide en gestructureerde aanpak bieden voor het ontwikkelen van competente, veilige en verantwoordelijke bestuurders.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Wat is de Rijprocedure, wat staat er in de Rijprocedure, voor wie is de Rijprocedure bedoeld en vooral...
Wat kun jij als leerling met de Rijprocedure?
Er bestaan meerdere Rijprocedures, maar in dit geval kijken we naar de Rijprocedure voor de rijbewijscategorie B.
Wat is de Rijprocedure?
Een rijprocedure is een handvest, waarin alle procedures zijn verzameld die tot in detail beschrijven hoe handelingen in de auto en in het verkeer dienen te worden uitgevoerd.
Deze procedures beschrijven het meest wenselijke rijgedrag dat van een examenkandidaat wordt verwacht.
Wat staat er in de Rijprocedure?
Er staat heel veel in de Rijprocedure! De huidige Rijprocedure telt 84 pagina's en beschrijft in verschillende hoofdstukken:
Daarnaast heeft de Rijprocedure een bijlage waarin een overzicht is opgenomen van alle onderdelen en onderwerpen van beoordeling.
De hiervoor benoemde onderwerpen in de hoofdstukken 1 en 2 hebben een algemeen karakter en zijn van toepassing op alle examenonderdelen die in hoofdstuk 3 worden beschreven.
Voor wie is de Rijprocedure bedoeld?
De Rijprocedure is in eerste instantie bedoeld voor de rijopleider.
De Rijprocedure moet in dit verband worden gezien als een handboek, aan de hand waarvan de rijopleider de leerling moet opleiden tot een volwaardig bestuurder, die voldoet aan de hiervoor genoemde zaken en dit alles uitvoert in de meest wenselijke vorm.
Daarnaast vormt de Rijprocedure de basis voor de beoordeling van de uitvoering van de examenrit door de examenkandidaat en is daarmee dus ook bedoeld voor de examinator.
De examinator betrekt bij elk onderdeel van verkeersdeelneming de onderwerpen van beoordeling uit hoofdstuk 1 en 2, beoordeelt daarbij de examenkandidaat op de uitvoering van dat meest wenselijke verkeersgedrag en, voor zover de examenkandidaat afwijkend rijgedrag vertoont, stelt daarbij vast wat de aard en de ernst van dit afwijkende rijgedrag is, maar ook hoe vaak (het aantal malen) afwijkend gedrag voorkomt.
Dit afwijkende rijgedrag van de examenkandidaat wordt veelal vertaald in het maken van fouten, waarbij de term 'fout' niet de juiste benaming is. Immers, wanneer rijgedrag afwijkt van het meest wenselijke, dan is daarvoor een oorzaak aan te wijzen. Daarnaast kan afwijkend rijgedrag ernstige of geen ernstige gevolgen hebben en daarbij moet ook worden meegenomen hoe vaak een examenkandidaat afwijkend rijgedrag vertoont.
Werd het afwijkende rijgedrag veroorzaakt door (externe) factoren die te voorzien waren geweest? Was het een incident of is het een structureel verschijnsel? En wat heeft het afwijkende gedrag voor gevolgen gehad, of wat zou het voor gevolgen kunnen hebben gehad voor het overige verkeer?
Bij de beoordeling zal door de examinator altijd rekening worden gehouden met de weers- en verkeersomstandigheden van dat moment. Dit omdat iedere examenkandidaat recht heeft op een vergelijkbare beoordeling.
Tenslotte hoeft niet iedere 'ingreep' een fatale ingreep te zijn, aangezien de examenkandidaat wordt beoordeeld op het totaal van wat er tijdens het examen is gepresteerd.
Wat kun jij met de Rijprocedure?
Omdat de Rijprocedure een handboek is voor de rijopleider en de examinator, zou ditzelfde handboek voor jou een leidraad moeten zijn aan de hand waarvan jij kunt zien (en controleren) of jouw rijopleider jou het meest wenselijke rijgedrag bijbrengt dan wel aanleert.
De rijopleider behoort de Rijprocedure te kennen als zijn broekzak. Jij zou aan de hand van hetgeen in de Rijprocedure staat beschreven daarom het gesprek met de rijopleider moeten kunnen aangaan, op het moment dat iets jou niet geheel duidelijk is. Je laten uitleggen wat er precies wordt bedoeld met het beschrevene, vragen om meer uitleg dan wel een demonstratie.
Hoe interpreteer je het meest wenselijke rijgedrag en wat nu als de leerling en/of de rijopleider te gemakkelijk over dat meest wenselijke rijgedrag denken?
Dit is een vraag die zowel de leerling als de rijopleider zichzelf zouden moeten voorleggen, want een groot gevaar, en wellicht één van de beste verklaringen voor afwijkend rijgedrag tijdens een rijexamen, is de verkeerde interpretatie van de beschrijvingen in de Rijprocedure, met daar bovenop een te lichtzinnige beoordeling van de uitvoering door ofwel de leerling, ofwel de rijopleider. En als beiden er te gemakkelijk over denken dan wordt het écht gevaarlijk...
Het meest gewenste rijgedrag kent geen schaalverdeling (in cijfers of waardes) wanneer er wordt gekeken naar het niveau van uitvoering, maar er wordt door de examinator wel een bepaald niveau van uitvoering vereist.
Het zal dus duidelijk zijn dat zowel de opleider als de leerling de lat hoog zullen moeten leggen om tot de meest wenselijke uitvoering te komen. Leren voor een tien kan resulteren in een 'acht op het rapport', terwijl leren voor een zes veelal zal leiden tot een onvoldoende.
Het afleggen van een TTT is daarom de beste graadmeter om te zien op welk niveau de meest wenselijke uitvoering van het rijgedrag op dat moment bij jou ligt en welke onderdelen nog aandacht verdienen.
Voor de rijopleider is het van groot belang dat hij goed is opgeleid, genoeg praktische ervaring heeft op gedaan tijdens zijn stages en vooral bij de bespreking van uitslagen van TTT's en praktijkexamens heeft meegereden en goed heeft geluisterd naar de op- en aanmerkingen van de examinator over dat meest wenselijke rijgedrag.
Voor jou is het nét zo belangrijk om bij die TTT goed te luisteren naar wat de examinator tijdens de rit is opgevallen!
Wat vind je niet in de Rijprocedure?
In de Rijprocedure vind je geen beschrijving van de verkeersregels of verkeerstekens. Van de gebruiker van de Rijprocedure wordt verwacht dat deze de verkeerstheorie volledig beheerst.
Verder vind je in de Rijprocedure geen handelingsanalyses. Alle opeenvolgende stappen waarin een gehele handeling moet worden uitgevoerd, dienen jou correct te worden aangeleerd door de rijopleider, die daarom ook over deze handelingsanalyses dient te beschikken.
Hoewel ze wel ter sprake komen in de Rijprocedure vind je er geen uitleg over ADAS, de rijhulpsystemen, waarover steeds meer auto's beschikken. Je leest meer over de meest voorkomende rijhulpsystemen in het ADAS-woordenboek en je leert er meer over in de gratis beschikbare cursus op onze TripleCheck Academy.
Tot slot is het belangrijk voor de rijopleider te begrijpen dat de Rijprocedure géén lesplan is, maar de inhoud ervan moet worden beschouwd als een leerdoel voor zijn leerlingen, dus ook voor jou!
Waar kan je de Rijprocedure vinden?
De meest recente versie van de Rijprocedure (januari 2024) kun je in pdf-vorm hier downloaden. (2 Mb) of inzien op de website van het CBR.
Wij zullen er in ieder geval alles aan doen ervoor te zorgen dat we je voorzien van de meest recente beschikbare versie.
Wat zijn de onderdelen die in de Rijprocedure worden behandeld en waarop je wordt beoordeeld?
De zeven onderdelen verkeersdeelneming die in hoofdstuk 3 van de Rijprocedure worden beschreven vormen de examenonderdelen van het praktijkexamen.
Voor elk van bovengenoemde examenonderdelen worden voor de bepaling van de rijvaardigheid (het meest wenselijke gedrag) de volgende onderwerpen van beoordeling gehanteerd:
Wat valt er onder de bijzondere verrichtingen?
Onder de bijzondere verrichtingen vallen de volgende onderdelen:
Onder de voorbereidings- en controlehandelingen vallen de volgende onderdelen:
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
In deze regeling zijn de eisen voor de theorie-examens voor rijbewijscategorie
B opgenomen. De kandidaat moet kennis en inzicht kunnen aantonen over de onderstaande voorschriften.
De kandidaat moet blijk geven kennis en inzicht te bezitten van de hierna genoemde voorschriften. De kandidaat dient tevens kennis en inzicht te hebben van diezelfde voorschriften, voor zover deze gelden voor andere verkeersdeelnemers:
a. van de Wegenverkeerswet 1994: de artikelen 1, eerste lid, 2, eerste tot en met derde lid, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 21, eerste lid, 36, eerste, derde, vijfde en zesde lid, 37, eerste en tweede lid, 40, eerste en vierde lid, 41, 57, 58, 60, eerste en vijfde lid, 72, 81, eerste lid, 107, eerste en tweede lid, 108, eerste lid, onderdelen a, b en c, 118, 123, 123b, 130, 131, 132, 160, 162, 163, 164, eerste tot en met derde lid, 174, eerste en tweede lid, 179 en 184;
b. van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990: de artikelen 1 tot en met 98 en de bij dat reglement behorende bijlagen 1 en 2, alsmede de gebruikelijke, door de wegbeheerder geplaatste, aanduidingen ter geleiding van het verkeer of ter informatie van de weggebruikers;
c. van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer: de artikelen 3, 4, 6, 8 en 9;
d. van het Reglement rijbewijzen: de artikelen 5, 7, 15, 25a en 104a;
e. van de Regeling voertuigen: de artikelen 1.1, 5.1.1, 5.1.2, 5.2.1, 5.2.6, 5.2.7, 5.2.11, eerste tot en met vijfde lid, 5.2.15, 5.2.27, 5.2.31, 5.2.39, eerste lid, 5.2.42 tot en met 5.2.46, 5.2.47, 5.2.48, 5.2.51, 5.2.53, 5.2.55, 5.2.57, 5.2.59, 5.2.62 tot en met 5.2.66, 5.2.71, 5.13.6, 5.13.27, 5.13.31,
5.13.41, 5.13.48, 5.13.50, 5.13.51, 5.13.53, 5.13.54, 5.13.55, 5.13.57, 5.13.59, 5.13.65, 5.13.66, 5.18.1 tot en met 5.18.18, 5.18.31 tot en met 5.18.34, 5.18.37, 5.18.38, 5.18.54, 5.18.55, 5.18.57 en 6.1, eerste lid;
f. van het Kentekenreglement: de artikelen 2, 5, 17, eerste lid, 20, eerste lid, 22 en 39, eerste tot envmet derde lid;
g. van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen: artikel 2, eerste lid.
De kandidaat moet blijk geven kennis en inzicht te bezitten van de hierna genoemde factoren en risico’s die van belang zijn bij deelneming aan het verkeer:
a. het belang van oplettendheid en van de houding ten opzichte van medeweggebruikers;
b. de verandering in het waarnemingsvermogen, beoordelingsvermogen, reactievermogen en gedragsverandering bij een bestuurder ten gevolge van gemoedsgesteldheid, vermoeidheid, en van het gebruik van alcohol, drugs en geneesmiddelen;
c. de belangrijkste richtlijnen voor het bewaren van afstand, remweg en wegligging van het voertuig in uiteenlopende weg- en weersomstandigheden;
d. verkeersrisico’s in verband met de wegomstandigheden, in het bijzonder veranderingen ten gevolge van de weerstoestand en het tijdstip van de dag of de nacht;
e. de beperking van het gezichtsveld die voor de bestuurder en de medeweggebruiker door de kenmerken van het voertuig wordt veroorzaakt;
f. de kenmerken van de verschillende soorten wegen en de daarop betrekking hebbende voorschriften;
g. de specifieke risico’s in verband met de onervarenheid van medeweggebruikers en de deelneming aan het verkeer door de meest kwetsbare categorieën, zoals kinderen, voetgangers, fietsers, ruiters, bestuurders van brommobielen en voertuigen met beperkte snelheid en personen die in hun mobiliteit gehinderd zijn;
h. milieuaspecten met betrekking tot het gebruik van het voertuig;
i. het veilig rijden in tunnels.
De kandidaat moet blijk geven kennis te bezitten van de hierna genoemde
veiligheidsaspecten die van belang zijn bij deelneming aan het verkeer:
a. algemene regels voor de door een bestuurder te volgen gedragslijn bij ongevallen (plaatsen van gevarendriehoek, waarschuwingslichten) en maatregelen die hij kan nemen om hulp te verlenen aan verkeersslachtoffers;
b. de mechanische onderdelen die voor de rijveiligheid van belang zijn: in staat zijn de meest voorkomende defecten te ontdekken die zich met name kunnen voordoen aan stuurinrichting, claxon, ophanging, remming, banden, verlichting en richtingaanwijzers, reflectoren, achteruitkijkspiegels, ruitensproeiers en ruitenwissers, uitlaat en veiligheidsgordels;
c. veiligheidsinrichtingen van de voertuigen, in het bijzonder het gebruik van de veiligheidsgordels, hoofdsteunen en veiligheidsvoorzieningen voor kinderen;
d. veiligheidseisen met betrekking tot het voertuig, de lading en de passagiers.
Het theorie-examen bevat over het algemeen teksten die te begrijpen zijn voor kandidaten die ten minste beschikken over referentieniveau taal 2F. Dit referentieniveau komt overeen met het taalniveau eind VMBO, MBO-2 en MBO-3.
Kennisniveau:
Gevaarherkenning (K+):
Het herkennen van gevaar in verschillende situaties en bepalen wat je moet doen: remmen, gas loslaten of niets.
Gebruik van de weg (K+):
De plaats op de weg, voorsorteren, inhalen, maximumsnelheid, stilstaan en parkeren.
Voorrang en voor laten gaan (K+):
Voorrang geven op kruispunten, voor laten gaan bij afslaan en voor laten gaan van voetgangers.
Bijzondere wegen, weggedeelten, weggebruikers en manoeuvres (K+):
Onder andere over rijden op een autosnelweg of in een erf. En wat je wel en niet mag doen bij bijvoorbeeld een militaire colonne of tijdens een bijzondere manoeuvre.
Veilig rijden met het voertuig en reageren in noodsituaties (K+):
Het gebruik van lichten, geven van signalen, zitplaatsen, gebruik van autogordels en reageren in noodsituaties zoals pech en een ongeluk.
Verkeerstekens en aanwijzingen (K+):
Verkeersborden, verkeerslichten, verkeerstekens op het wegdek en aanwijzingen van bijvoorbeeld agenten.
Verantwoorde verkeersdeelname en milieubewust rijden (K+):
Welke kennis en vaardigheden zijn belangrijk voor een veilige verkeersdeelname en om zuinig te rijden? En welke risico's zijn er?
Wetgeving (K):
De algemene voorschriften uit de verkeerswetgeving en documenten die te maken hebben met het gebruik van de auto.
Voertuigkennis (K):
De eisen die aan de auto gesteld worden zoals lading en verlichting, en kennis van bijvoorbeeld dashboardsymbolen en gebruik van spiegels.
De Europese Unie wil in alle lidstaten uniforme regels voor rijbewijzen. Het doel daarvan is dat bestuurders in alle lidstaten uiteindelijk hetzelfde weten en kunnen.
Verkeersregels:
Bestuurder:
Weg:
Medeweggebruikers:
Algemene voorschriften en diversen:
Voorzorgsmaatregelen bij het verlaten van het voertuig;
De mechanische onderdelen die voor de rijveiligheid van belang zijn: de kandidaten moeten in staat zijn de meest voorkomende defecten te ontdekken, in het bijzonder aan de stuurinrichting, wielophanging, remmen, banden, verlichting en richtingaanwijzers, reflectoren, achteruitkijkspiegels, voorruit en ruitenwissers, uitlaatsysteem, veiligheidsgordels en claxon;
Veiligheidsinrichtingen van de voertuigen, met name het gebruik van veiligheidsgordels, hoofdsteunen en veiligheidsvoorzieningen voor kinderen;
Regels voor het milieuvriendelijke gebruik van het voertuig (alleen claxonneren indien nodig, matig brandstofgebruik, beperking van uitlaatgassen, enz.).
A
B
C
D
E
F
G
H
I
K
L
M
N
O
P
R
S
T
U
V
W
Z
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Het theorie-examen voor de auto kun je doen in het Nederlands of Engels.
Beheers je de Nederlandse of Engelse taal onvoldoende, ben je doof of slechthorend, ben je dyslectisch, heb je faalangst, ben je autistisch of heb je een andere aandoening?
Het CBR biedt de mogelijkheid tot een aangepast theorie-examen. De inhoud van de vragen is bij alle examens gelijk. Er is dus geen verschil in de vragen als bij het gewone theorie-examen. Je vult zelf de antwoorden in op het touchscreen van een computer.
Er is wel verschil in de tijd die het aangepaste examen duurt. Je krijgt méér tijd! Een gewoon theorie-examen duurt 30 minuten, een aangepast examen duurt 45 minuten.
Voor aangepaste examens gelden daarom andere tarieven.
Wil je examen doen in een andere taal dan Nederlands of Engels? Kies dan voor een theorie-examen met een tolk.
Hoe werkt het?
Tijdens het examen zit je in een ruimte samen met een medewerker van de CBR en de tolk. Er zijn geen andere kandidaten bij jouw examen aanwezig. De inhoud van de vragen van het examen is hetzelfde als bij het standaard theorie-examen. De CBR-medewerker leest de vragen en antwoordmogelijkheden voor. De tolk vertaalt dit. Jij voert de antwoorden zelf in op het computerscherm.
In het theorie-examen kom je Nederlandse woorden tegen die niet worden vertaald door de tolk. Lees meer over deze niet vertaalde begrippen in hoofdstuk 5 van het theorie-examenplan auto.
Je moet wel zelf een officiële tolk regelen via één van de goedgekeurde tolkdiensten. De kosten voor de tolk betaal jij zelf aan de tolkdienst.
Reserveer de tolk tijdig! Minstens 14 dagen voor je examen. Zo weet je zeker dat er een tolk beschikbaar is.
Dit examen kun je reserveren via MijnCBR.
Heb je een gebarentolk nodig? Reserveer dan een individueel begeleid examen. Deze examenvorm wordt hieronder uitgelegd.
Je regelt zelf een gebarentolk die geregistreerd is in het Register Tolken Gebarentaal en Schrijftolken.
Let op! Je kunt in aanmerking komen voor een vergoeding van tolkuren. Kijk voor meer informatie over deze vergoeding op de website van het UWV.
Dit examen is goed geschikt voor kandidaten die dyslectisch zijn, maar je hebt hier wel een goedgekeurde dyslexieverklaring voor nodig.
Bij dit examen krijg je 15 minuten extra tijd, waarvan 5 minuten extra tijd bij het onderdeel ‘kennis’ en 10 minuten extra tijd bij het onderdeel ‘inzicht’.
Bij het onderdeel gevaarherkenning krijg je géén extra tijd.
Je doet het theorie-examen in de examenzaal en je kunt ervoor kiezen om de vragen van de examenonderdelen kennis en inzicht te laten voorlezen door een computerstem.
Je gebruikt hierbij oordopjes die je van het CBR krijgt.
De vragen van het onderdeel gevaarherkenning worden niet voorgelezen.
Heb je een dyslexieverklaring, dan kun je binnen 14 dagen na de examendatum de toeslag terugvragen.
Lees hier hoe je de toeslag kunt terugvragen.
Dit examen is geschikt voor kandidaten met faalangst, autisme of een andere aandoening of voor kandidaten die gewoon meer tijd nodig hebben voor het examen. Het examen is ook bedoeld voor kandidaten die slechthorend of doof zijn of een gebarentolk nodig hebben.
Dit examen wordt niet afgenomen in de examenzaal, maar in een speciale ruimte, waar je samen zit met een medewerker van het CBR. Er zijn géén andere kandidaten bij jouw examen aanwezig.
Bij dit examen krijg je 15 minuten extra tijd, waarvan 5 minuten extra tijd bij het onderdeel ‘kennis’ en 10 minuten extra tijd bij het onderdeel ‘inzicht’. Bij het onderdeel 'gevaarherkenning' krijg je géén extra tijd.
De CBR-medewerker zorgt voor een rustige sfeer tijdens het examen, zodat jij je goed kan concentreren. De medewerker leest de vragen én antwoordmogelijkheden voor. Je ziet de vragen en antwoordmogelijkheden ook op je scherm, en vult de antwoorden zelf in op de computer.
De medewerker geeft alleen uitleg over het examenproces. Je krijgt geen uitleg over de examenvragen. De medewerker mag de examenvragen ook niet vertalen.
Let op! Alleen de vragen van de onderdelen ‘kennis’ en ‘inzicht’ worden voorgelezen door de medewerker van het CBR.
Bij het onderdeel gevaarherkenning worden niet voorgelezen.
Het voorlezen van deze vragen is niet mogelijk omdat er wordt getoetst of je op tijd gevaar kunt herkennen en iedere opgave heeft steeds dezelfde vraag, namelijk: wat moet je doen? Remmen, gas loslaten of niets.
In sommige gevallen kun je de toeslag voor dit examen terugvragen. Bijvoorbeeld als je een hulphond meeneemt of omdat er extra ruimte nodig is voor een rolstoel. Neem hiervoor contact op met de CBR-medewerker op je examenlocatie of met de CBR klantenservice 088 227 77 00.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Lees hier meer over het CBR theorie-examen.
Op het uitslagformulier van het theorie-examen staan bij een onvoldoende examen de onderwerpen waarin fouten zijn gemaakt.
Is een onderdeel voldoende, dan is de kleur groen. Teveel fouten in een onderdeel geeft de kleur rood. De aantallen gemaakte fouten worden per onderdeel vermeld.
Het theorie-examen kent drie onderdelen:
Kennisvragen, die gaan over het benoemen en herkennen van feiten en regels.
Dit onderdeel heeft 12 vragen, waarvan je er tenminste 10 goed moet beantwoorden.
Inzichtvragen, die gaan over het kunnen toepassen van regels en het nemen van de juiste beslissingen in verkeerssituaties.
Dit onderdeel heeft 28 vragen, waarvan je er tenminste 25 goed moet beantwoorden.
Voor de vragen over kennis en inzicht (40 vragen in totaal) krijg je in totaal 8 minuten de tijd waarbij er geen maximumtijd per vraag geldt.
Gevaarherkenning, de vragen gaan over het herkennen van gevaar en hoe je moet handelen in verschillende situaties.
Dit onderdeel heeft 25 vragen, waarvan je er tenminste 13 goed moet beantwoorden.
Bij gevaarherkenning kies je voor één van de antwoorden
– gas loslaten
– remmen
– niets doen
Onderstaand een voorbeeld van een uitslag.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.
Iedere rijopleider dient te beschikken over een geldige bevoegdheidspas. Deze pas wordt afgegeven na het voltooien van de opleiding tot rijinstructeur. De pas wordt verlengd na het voldoen aan de bijscholingseisen.
De opleiding tot rijinstructeur bestaat uit verschillend fasen, waarbij hij theoretisch en praktisch zal moeten worden geschoold en daarvoor stages moet lopen en examens zal moeten afleggen.
De opleiderspas, of bevoegdheidspas, is het bewijs dat hij of zij voor bepaalde voertuigcategorieën bevoegd is les te geven. Deze bevoegdheden staan dus per voertuigcategorie op de pas vermeld.
In 2024 waren er 15.000 geldige bevoegdheidspassen. De passen hebben een geldigheid van 5 jaar, een periode waarin de opleider verplicht is een aantal dagdelen theoretische bijscholing te volgen om zijn kennis op peil te houden en/of te vergroten.
Daarnaast moet de rijopleider ook een praktische toets afleggen, waarbij hij wordt beoordeeld op meer dan dertig aspecten die te maken hebben met het lesgeven. Daarvoor zal een leerling zich beschikbaar moeten stellen om aan dit examen mee te werken. De opleider kan dan met deze leerling een 'gewone' les uitvoeren, waarin een lesonderdeel moet worden uitgelegd, wat door een examinator zal worden getoetst op alle onderdelen die op die toetslijst zijn aangegeven.
Het niet behalen van deze toets na een herexamen betekent voor de rijinstructeur dat hij terug naar de schoolbanken zal moeten.
De geldigheid van de bevoegdheidspas kun je controleren in de 'Bevoegdheidschecker'. In deze database kan worden gezocht op naam van de opleider waarna vervolgens de verloopdatum van de bevoegdheidspas wordt getoond.
Het is daarom raadzaam vooraf goed te controleren of de opleider bevoegd is om les te geven. Is een opleider niet bevoegd, maar voert hij wel gewoon zijn werk uit, dan is het zaak om zo snel mogelijk op zoek te gaan naar een andere opleider, die wel bevoegd is.
Aan de inhoud van deze website kunnen geen rechten worden ontleend
TripleCheck is op geen enkele wijze gelieerd aan het CBR, het IBKI, of andere (branche-)organisaties.